5 feb 2011

Verblijf in Kaapstad.





Vanaf eerste kerstdag is de Drammer in Kaapstad en de eerste twee weken hebben we een goede plek gevonden in Elliot Marina. Op woensdag 5 januari hebben we een fotosessie op de Drammer, met alle kinderen en kleinkinderen. Het is een cadeau dat we van de kinderen hebben gekregen voor ons 40-jarig huwelijk, dat we hier in Zuid Afrika vieren. Het is een hele happening aan boord en wel heel speciaal om het aan boord te doen, omdat dat toch een deel van ons leven is geworden de laatste jaren, en met het huis dat we gehuurd hebben, heb je natuurlijk niet zo'n band. Na een geweldig goed verblijf in Campsbay varen we de Drammer maandag 10 januari 2011 naar de Royal Yacht Club, waar we een tijdelijke plaats krijgen naast Grand Filou, die we goed kennen van de World ARC. We zijn net op tijd, want als we liggen waait het al snel 45 knopen en we hebben niet zoveel ruimte om te manoeuvreren. Als we eenmaal liggen krijgen we verschillende complimentjes over de manier waarop we de Drammer op haar plaats hebben gelegd. Als Grand Filou 15 januari start voor de race Cape Town - Rio schuiven we een plaats op en liggen mooi langszij aan de steiger. Met nieuwe lijnen die we laten maken en lijnen naar de andere steiger ligt de Drammer als een spin in een web en laten haar gerust achter in Kaapstad. We laten nieuw rubber tussen het teakdek doen op de plaatsen waar dat nodig is en laten haar iedere week schoonmaken, dan weet je tenminste dat er op haar gelet wordt als we in Nederland zijn. We zullen de boot meer als tweede woning gebruiken komend jaar en geregeld heen en weer reizen tussen Kaapstad en Nederland. We willen dit jaar meer bij de kinderen en kleinkinderen zijn, en het plan is om half december 2011 weer verder te varen, via St. Helena naar Recife.

4 jan 2011

Van Durban via Port Elisabeth naar Kaapstad.











We zijn een paar dagen in Nederland geweest en komen zaterdagochtend 11 december 2010 weer in Durban aan bij de boot. Meteen zoeken we alle weerberichten op die we kunnen krijgen en hebben hoop maandag te kunnen vertrekken. Zondag gaan we nog bij Tony Herrick langs om het weer te bespreken.We kunnen niet eerder want we moeten eerst nog bij de douane langs om stempels te halen wat onzin is volgens ons omdat we in Zuid-Afrika blijven. We houden ons toch maar aan de regels en nemen maandagochtend de taxi naar de douane. Na veel heen en weer lopen tussen verschillende gebouwen hebben we eindelijk de stempels en varen we om 10.00 uur uit. Het traject dat we nu krijgen staat als het moeilijkste bekend, en er is geen uitwijk mogelijkheid tot East London. Alles gaat goed tot er 's nachts een grote onweersbui overkomt, die uren blijft hangen. Het is echt slecht weer en door de buien kunnen we niets meer zien, maar kan ook de radar zijn werk niet doen. Hans stuurt over de marifoon een bericht naar alle schepen binnen ons marifoon bereik om onze positie te melden. We zitten volop in de Aghulles stroom en hebben vier knopen stroom mee. Tot twee uur 's nachts houdt de wind zich nog gedeisd, maar dan draait hij ineens naar het zuidwesten, precies waar we zo bang voor zijn en hebben we stroom en wind tegen elkaar in. Als de wind toeneemt tot 6 bft. hebben we binnen tien minuten heel hoge golven op de kop, dit hadden we dus willen voorkomen en daarom vijf verschillende weerberichten gevolgd, trouw de barometer standen bijgehouden en advies gevraagd van Tony Herrick. Bovendien hebben we nog persoonlijke begeleiding aangevraagd bij het Peri Peri net, een netwerk van radioamateurzenders, die de zeilers op vrijwillige basis begeleiden en daar alle dagen om 7.00 uur en 17.00 uur voor klaar staan. De zee is echt heel ruw en we maken behoorlijk harde klappen op de golven, vreselijk vind ik dat altijd de hele boot trilt en dreunt. We proberen uit de stroom te varen om naar ondieper water te gaan, maar dat duurt toch gauw drie uur. We hebben nu te maken met drie soorten golven deinings golven van meer dan drie meter en wind en stroomgolven, die elkaar beïnvloeden. Geen lekker water om te varen kan ik melden. We vragen nog weer eens gribfiles aan en zien dat de wind af zal nemen en gaat draaien. Ook bellen we met het vliegveld in Port Elisabeth, die verzekeren ons dat er vannacht geen onweer meer komt en ze geven ons en gedetailleerd weerbericht tot de volgende dag. Om 16.00 uur mogen we ze weer terug bellen voor een laatste weerbericht, dat ziet er redelijk uit en we besluiten door te gaan naar Port Elisabeth, waar we een box besproken hebben. We kunnen dan net voor de volgende storm binnen zijn. De wind gaat inderdaad draaien en weer afnemen tot 5 bft. Na 52 uur lopen we de haven van Port Elisabeth binnen en zijn blij dat we er zijn. We hebben het gevaarlijkste stuk gehad. Jammer van die onweersbui en de wind draaiing, anders hadden we best een goede tocht gehad. De ligplaats in Port Elisabeth valt erg tegen, we hebben inderdaad een box, maar passen er net in. De steigers zijn van zeer slechte kwaliteit en er zit erg veel speling in als de deining volop de haven in loopt. We meren af met heel veel lijnen en omdat alles zo verroest is kopen we grote harpen om de lijnen aan vast te maken, zodat ze niet doorschuren op de roestige delen. Bovendien liggen we vlak naast een kolenschip dat geladen wordt en er wordt erts gelost, met elkaar geeft dat een hele vette zwarte aanslag. Eigenlijk willen we de boot zo niet achter laten, maar keus hebben we niet. Op aanraden van andere zeilers halen we zoveel mogelijk van de boot af en de meeste lijnen vervangen we door dunne lijntjes.
Probleem is dat we het voor vier dagen nog wel overzien, maar we hadden het plan de Drammer er drie weken te laten liggen. De oplossing komt van een professionele schipper Andrew, die bereid is met Hans de boot naar Kaapstad te varen. Leuk is het niet maar de kinderen komen al snel naar Zuid -Afrika en dan moet er toch iemand van ons bij zijn vinden we. Bovendien moeten we de sleutels van het huis in ontvangst nemen. Als ik in het huis ben en Hans weer terug is naar Port Elisabeth, blijken Radboud, Stefanie en de kinderen lange tijd op Schiphol vast te komen zitten. en het zal nog een week duren voor ze met andere tickets wel deze kant op kunnen komen. De anderen komen volgens schema aan. Het varen met Andrew gaat goed en ze komen eerste kerstdag 's avonds aan in Kaapstad. Het is raar om niet zelf aan boord te zijn en het blijft jammer dat we het zo moesten oplossen, maar veel keus hadden we niet. We willen de boot nu voor langere tijd in Kaapstad laten, we genieten van Zuid-Afrika en zullen hier meerdere keren terugkomen om naar de boot te kijken en rond te rijden door het land. Vanaf 15 januari hebben we een mooie plaats toegewezen gekregen in de Royal Yachtclub, dan is de start voor de Cape Rio race en vertrekken veel schepen zodat er weer wat ruimte komt in de haven.